Wednesday, September 9, 2009

Hier is hij dan:

... de obligate koe-in-het-midden-van-de-straat-foto!



Dat wil zeggen dat we Varanasi bereikt hebben, de stad waar koeien een leven als god in Frankrijk leiden. Onze reis begon zaterdagavond toen we begeleid door een apocalyptische stortbui Kolkata verlieten met de nachttrein. Bij die nachttrein hadden we ons de dagen vooraf al de meest verschrikkelijke scenario`s voorgesteld, maar die hebben zich moederteresazijdank niet afgespeeld. We reisden in second sleeper class, wat wil zeggen: geen wagon vol vee en bagage, maar ook niet bepaald een privee-coupee (geen accenten op Indische toetsenborden)... In 1 wagon passen ongeveer 80 banken, schat ik, die in drie verdiepingen boven elkaar geinstalleerd zijn. Op onze`upper berths` lagen we high en dry en ook wel een (klein) beetje gevrijwaard van de Indische blikken vol ongeloof.

We hebben intussen Bodhgaya achter de kiezen, de meest heilige plaats voor boeddhisten, want de plek waar Boeddha al mediterend onder een boom verlichting bereikte. Het kleine dorpje is bezaaid met boeddhistische tempels, vaak gefinancierd door overheden van andere Aziatische landen en in het pelgrimsseizoen (van november tot februari) overspoeld door bezoekers van over het hele continent. Wij hebben de tempels helemaal in moessonstijl bezocht: regen, regen, regen en dan moet je weten dat het allemaal op blote voeten gaat eens je de trappen van het heiligdom betreedt. Slippery when wet, maar voorlopig nog geen accidenten.

Over slippery when wet gesproken... We zijn momenteel in Varanasi, de stad met de talloze ghats: de trappen aan de Ganges waar dagelijks honderden hindu`s hun zuiverende baden nemen, waar ook koeien een verfrissende duik nemen, waar mensen hun kleren wassen en hun doden cremeren en waar toeristen van `s ochtends vroeg tot `s avonds laat in bootjes de oever afvaren. Het is een bevreemdende stad, want er zijn zo veel beelden die helemaal haaks staan op hoe onze eigen wereld eruit ziet. Tegelijk is het een rustgevende stad, waar je urenlang langs het water kan wandelen of varen en waar je in het doolhof van kleine steegjes, sommige vol kleur en leven, andere verlaten en stil (maar allen bewoond door minstens 1 koe), kan verdwalen.
Nog van dat!

Saturday, September 5, 2009

Thursday, September 3, 2009

Zo post men een brief in Kolkata

Men begeeft zich naar het GPO ofte Gigantic Post Office.

Men meldt zich aan aan de eerste balie...


... alwaar men voor de aankoop van een enveloppe wordt doorverwezen naar Mr. Enveloppe op de stoep.


Op de stoep koopt men een enveloppe, maar merkt men dat de enveloppe zonder kleefstrook komt. Men keert terug naar balie 1...


... alwaar de enveloppe vakkundig wordt dichtgelijmd. Men vraagt er naar een postzegel en wordt doorverwezen naar gebouw 2, balie 1.


Aan balie 1 in gebouw 2 koopt men de postzegel en wordt men doorverwezen naar balie 2 in gebouw 2 voor het verkrijgen van een stempel.


Aan balie 2 in gebouw 2 krijgt men een air mail-stempel en wordt men voor het posten van de brief doorverwezen naar balie 2 in gebouw 1.


Men post de brief in postbus 3 aan balie 2 in gebouw 1.

En die brief is dus toegekomen he mannekes!

Monday, August 31, 2009

Shishu Bhavan

En dan moest ik dus ook nog schrijven over wat we hier eigenlijk feitelijk doen.
We zijn naar Kolkata gekomen met de bedoeling een drietal weken als vrijwilligers aan de slag te gaan. Dat doen we bij de Missionaries of Charity, de orde van moeder Teresa, en meer bepaald in Shishu (children) Bhavan (home), een groot tehuis waar vooral weeskinderen verblijven.
Op onze eerste dag werden we bij wijze van kennismaking gevraagd om een namiddag te helpen op de afdeling voor gehandicapte kinderen. We werden meteen aan het werk gezet : eten geven, doeken verversen, oefeningen doen, een beetje entertainen... Ieder kind heeft een eigen logboek met foto`s en naam en toenaam. Daarin staat in het Engels en geillustreerd met fotos beschreven welke handicap de kinderen hebben, wat ze kunnen en niet kunnen, hoe de kinderen eten moeten krijgen, welke oefeningen er dagelijks moeten gebeuren. De zaal is redelijk groot en klaar en vrolijk versierd, maar er leven wel een 30tal kinderen samen (eten, spelen, verzorgen, slapen in 1 ruimte) waarvan de ergste helemaal afhankelijk zijn en in stoeltjes zitten of op matjes liggen en de beste in een kleuterklas-achtig hoekje verblijven. In de paar uur dat wij er waren kregen de kinderen 2x eten, eerst fruitpap en dan een soort melkpap. Ik was verrast door de goede zorgen die de kinderen krijgen. Ik was niet gechoqueerd, ook niet overdreven ge-emotioneerd. We konden ons redelijk snel gewoon 2 van de vele helpers voelen. Die vele helpers zijn een 5-tal zogenaamde `massi`s` (Indische vrouwen die door de Missionaries of Charity te werk gesteld worden) en een 10tal vrijwilligers uit alle uithoeken van de wereld.
Anders was het toen we op terugweg even op de zogenaamde `Malnutrition section` langsgingen. Ook daar een 30tal kinderen, tussen 0 en 6 jaar, schat ik, maar dan in een kleine zaal met enkel bedjes, waarin de baby's per twee lagen. Vele van de baby's stonken zo hard dat het afkeerwekkend was om ze vast te houden. Intussen liepen de grotere kinderen ook rond ons en eisten (soms op heel opdringerige wijze) onze aandacht op - om te dansen, om hen op te pakken,... De ruimte was klein en donker. Buiten die eerste dag zijn we nog niet naar die afdeling teruggekeerd, dus ik weet niet of de kinderen ook een soort dagzaal hebben. Wel is het zo dat deze kinderen geen wezen zijn, maar tijdelijk opgevangen worden in shishu bhavan omwille van ondervoeding, langdurige ziekte of moeilijke thuissituaties (bijvoorbeeld overlijden van een van de ouders) en bij beterschap naar hun bioligische gezin terugkeren.

Op dag twee kregen we onze plek voor de rest van de 3 weken toegewezen, in een andere vleugel van het tehuis waar in totaal 102 kinderen tussen 2 en 7 jaar verblijven. Alle kinderen zijn per leeftijd opgedeeld in groepjes van 10 tot 20 kinderen. Florien en ik werken bij de oudste groep en dat 6 dagen op 7, van 8 tot 11 uur `s ochtends. Die eerste dag bij `onze` kindjes was compleet chaotisch. We kwamen in een klein, maar degelijk ingericht klasje gedropt (zie foto`s bij de vorige post) bij een 15tal kinderen die vooral heel veel lawaai aan het maken waren en samen met ons, een massi en een zuster zo nog een half uur moesten wachten tot de leerkracht (die van buitenaf komt) arriveerde. De `les` die we vervolgens bijwoonden, ontbrak het werkelijk aan elke kwaliteit die een les tot les maakt. De leerkracht ging op een stoel tussen de kinderen zitten en zong gewoon liedje na liedje, soms in Bengali, soms in een bedenkelijk Engels. De kinderen, die onderling trouwens veel verschillen van leeftijd (tussen 4 en 7 jaar ongeveer), waren niet bepaald onder de indruk, zoveel was duidelijk. Sommigen deden (al dan niet succesvolle) pogingen om mee te zingen, anderen leken geen flauw benul te hebben van wat er zich rondom hen afspeelde. Na deze twijfelachtige zangstonde was het tijd om de kleurboeken boven te halen. De kinderen kregen elk een aantal wasco`s (noemen we dat tegenwoordig nog zo?) en een kleurboek dat echter in de meeste gevallen al volgekrabbeld en in de beste gevallen volgekleurd was. Wat volgde was (opnieuw) complete chaos: kinderen die rondlopen, met de boeken beginnen gooien, krabbelen zoveel ze maar kunnen. Ik denk dat er al bij al niet meer dan drie kinderen werkelijk aan het kleuren waren. De chaos lokte ter onze verbazing geen enkele reactie uit: noch bij de leerkracht, noch bij de zuster, noch bij de massi (die intussen op een stoeltje in de hoek dromenland al had bereikt). Om 10 uur was het vervolgens tijd voor pauze (wij brengen die trouwens door in het geweldige gezelschap van een hele bende massi`s, op de grond, in een hok met golfplaten dak) en na die pauze bleek dat de kinderen voor de rest van de voormiddag (die maar tot 11u duurt, want dan vertrekken ze al voor de lunch) `free play` kregen.

Het hoeft niet te verbazen dat Florien en ik vanaf dag drie voor een `siege of the classroom` hebben geopteerd. We hebben de kasten in het klasje goed uitgepluisd (je moet weten dat er veel en relatief goed materiaal voor handen is!) en het plaatselijke copykot (en een kot it is!) opgezocht met een hele stapel zelfgemaakte oefeningen, tekeningen en knutselwerkjes. We beginnen elke les met enkele liedjes; dan krijgen de kinderen, die we in 3 groepjes per niveau ingedeeld hebben, elk enkele oefeningen: afhankelijk van hun kunnen zijn dat schrijfoefeningen (sommige kunnen al enkele woorden in kleine letters tussen de lijntjes schrijven), kleuroefeningen, oefingen waarbij ze vormen en letters op stippellijntjes moeten overschrijven enz. Na de pauze spelen we spelletjes (meer dan handjeklap in een cirkel is voorlopig nog niet gelukt) of wordt er geknutseld. Het spreekt voor zich dat zo`n voormiddag niet altijd even rustig en al helemaal niet altijd volgens plan verloopt, maar met twee weken achter de rug zijn we al heel tevreden met het beetje aandacht waarmee de kinderen de meeste van onze lesjes volgen. Hoe de teacher in charge dit allemaal opneemt? Die laat zich de activiteiten van haar twee vrijwilligers wel gevallen. Het grootste deel van de voormiddag brengt ze zittend en toekijkend door. Op ons verzoek vertaalt ze opdrachtjes voor de kinderen en als we echt aandringen en ze echt niet anders kan, zal ze occasioneel zelfs eens een leerling begeleiden bij het schrijven of kleuren. De zuster die er meestal bij is, vindt het duidelijk leuk om mee te helpen, de massi (dagelijks wel iemand anders) staat vooral in voor tucht a l`indienne: hier en daar eens een stok op de tafel of een mep om de oren als de kinderen het te bont maken.

Hieronder nog enkele beelden van het feest ter herdenking van de verjaardag van moeder Teresa, waarop de oudste van onze kindjes een dansje mochten opvoeren. Het feestje ging door in het Mother House, op de plek waar moeder Teresa begraven ligt. Op het einde van het filmpje zie je de met bloemen en `happy birthday` versierde graftombe.

Bewijsmateriaal...

... dat we niet op onze luie kont op het strand van Goa liggen maar wel degelijk dagelijks ons peer afdraaien bij een bende jengelende kinderen in Kolkata! Binnenkort het hele verhaal.




Wednesday, August 26, 2009

Poserende kindjes enal

Het is natuurlijk een beetje cliche: kleurrijke foto`s van lachende kindjes in exotische landen. Maar ze zijn zo schoon, meneer! En zo fotogeniek, meneer! En ook: ze willen niet liever dan op de foto, zeker als ze daarna eens mogen kijken op dat kleine scherm. Schaterbuien verzekerd!

En zo gebeurt het dat je het ene moment een foto van 3 koters maakt...


... en dat ze het volgende moment al met z`n zevenen zijn!


Maar het zijn niet alleen schattige kindjes die graag poseren, ook een minder schattige pater familias wil wel eens `a good snap`, zoals ze het hier altijd zeggen.

En heel soms zijn het de Indiers zelf die a good snap willen van die twee blonde zeldzaamheden aan de andere kant van de straat:

Monday, August 24, 2009

Kolkata traffic op een rustige dag

Ik heb het al gehad over het hectische verkeer en ook over de nogal onaangename geur van Kolkata, maar nog niet over de link tussen die twee. De vervuiling! Vergeet fijn stof en 90 op de ring: hier in de stad voel je het stof zo je longen binnenvliegen. Alle taxi`s, net zoals de meeste gewone auto`s zijn hier modellen van minstens 2 decennia oud en voor de bussen kunt ge daar gerust nog een paar bij doen. Gevolg: zwarte walmen alom. Keelpijn en een lelijke hoest zijn onvermijdelijk en als het een paar dagen niet regent kan je maar best met een sjaal voor de mond de straat op gaan. Het hoeft niet te verwonderen dat ze hier in Kolkata een abnormaal hoog percentage longziekten vaststellen. En toch, zo las ik onlangs in humo (indeed, we zijn nog steeds niet helemaal van de heimat afgezonderd, daarvoor doen ook de morgen van 13 augustus en de flair van die week nog steeds dienst) ... ik las dus in de humo dat er in de straten van India weleens affiches opduiken met slogans zoals "Go home Al Gore, we Indians are immune to polution!". De eerste die mij in de commentaren kan vertellen wie er deze niet zo glorieuze oneliner in een liedje verwerkte, krijgt een kus van de juf (want dat ben ik nu - daarover later meer) en een bank vooruit.

Saturday, August 22, 2009

Namaste India, nomoshkar Kolkata!

De eerste week India is al achter de rug wanneer ik dit schrijf. Kolkata is een stad die raast als een trein en dat zul je als toerist geweten hebben. De indrukken die ik hier al opgedaan heb, zijn gigantisch overweldigend, maar toch lijkt het allemaal zo snel te wennen dat ik al goed moet nadenken welke rariteiten zeker te vermelden.
Bij onze aankomst vorige week waren we doodmoe, geladen met een natte rugzak (hello monsoon!) en een beetje wantrouwig. Zoals ons aangeraden namen we een prepaid cab aan de luchthaven. We kwamen in een schammel (jaren `70?) doch schattig taxi`tje terecht bij een sympathieke chauffeur die ons het komende 1.5uur op onze eerste blik op Kolkata zou trakteren. Het was een helse rit: soms razend snel, soms gigantische files, door grote straten zonder rijvakken waarop auto`s (de een al bouwvalliger dan de ander), vrachtwagens die soms ook dienst doen als bus, taxi`s, autoriksha`s (ofte: taxitriporteurkes zonder deurkes), fietsriksha`s, riksha`s die door mannen in looppas getrokken worden, fietsers, voetgangers en ook een hele beestenboel kriskras door elkaar laveren.


Langs de kanten van de weg (bezwaarlijk voetpaden te noemen) zien we vooral heel veel mensen, maar ook allerlei beesten, handeltjes in fruit naast handeltjes in auto-onderdelen naast handeltjes in onderbroeken enzovoort, vuilnis, bouwwerven (met scheve stellingen, gesjord met bamboetakken), bruggen in opbouw met dito stellingen. Een voorbeeld (bovenaan in het midden zie je 2 construction workers):


Overal staan hutjes opgetrokken uit alles wat je maar kan bedenken en heel veel mensen, of had ik dat al gezegd? Het is broeierig warm, het lawaai is oor-ver-do-vend en de open taxiramen halen een vreselijke stank binnen! Die drie kenmerken vormen (in die volgorde in stijgende lijn), de grootste aanpassingen van de eerste dagen. In stijgende lijn, want aan die stank kan ik nog steeds niet wennen (ook niet nu de weinige kleren die ik meeheb ALLEMAAL gelijk stinken). Het contrast met onze guesthouse is (gelukkig) groot: airco, stilte, propere zetels en een neutraal parfum...
Contrast is zo een beetje het kernwoord dat je nodig hebt om India te beschrijven: luid en stil, heet en koud (as in: veel te koude airco), straatarm en stinkend (pun intended) rijk (we hebben hier zowaar al enkele getunede mini`s zien voorbij tsjezen!),... Ik kom er later nog toe om hierover uit te breiden. Het belangrijkste voor nu zal wel zijn dat we het tiptop stellen (in hoofd, hart EN darmen!) en dat het land ons heel hartelijk welkom heet.

Thursday, August 20, 2009

Mission accomplished!

Geheel per toeval kwam ik de week voor mijn vertrek 2 Genste zusterkens van de Missionaries of Charity tegen. Ze gaven me voor hun Indische collegae een groot (en zwaar!) pak mee vol snoepjes (althans, dat hebben ze mij wijsgemaakt - het zou natuurlijk ook kunnen dat ze een lucratief handeltje in Gentse coke runnen en het risico graag overlaten aan nietsvermoedende vrijwillerszieltjes). Hieronder de gelukzalige gezichtjes bij de levering: